Verdedigen-setuppen-aanvallen in een rechte lijn

Drietallen:

Variatie 1:
A speelt de bal bovenhands naar B en verplaatst zich naar de positie van B. B speelt de bal strak onderhands naar C en verplaatst zich naar de spelverdelerspositie aan de overkant van het net. C speelt de bal onderhands naar B, waarna de oefening op dezelfde manier verder gaat.

Variatie 2:
Na het geven van de setup blijft de speler aan het net wachten tot de setup aan de overkant van het net gegeven is. Pas daarna verplaatst hij zich naar achteren.

Variatie 3:
Na het geven van de setup blijft de speler aan het net wachten tot de bal aan de overkant over het net gespeeld wordt. Pas daarna verplaatst hij zich naar achteren.

Variatie 4:
Als variatie 1, maar nu wordt er van achter de driemeterlijn aangevallen in plaats van strak onderhands over het net gespeeld.

Viertallen:

Variatie 1:
A speelt de bal bovenhands naar B en verplaatst zich naar de positie van B. B speelt de bal strak onderhands naar C en verplaatst zich naar de positie van A. C speelt de bal onderhands naar D, waarna de oefening op dezelfde manier verder gaat.

Variatie 2:
De speler aan het net en in het achterveld wisselen pas van plaats op het moment dat de setup gegeven wordt aan de overkant.

Variatie 3:
De speler aan het net en in het achterveld wisselen pas van plaats op het moment dat de bal vanaf de overkant over het net gespeeld wordt.

Variatie 4:
Als variatie 1, maar nu wordt er van achter de driemeterlijn aangevallen in plaats van straks onderhands over het net gespeeld.